Vrijdag 3 augustus 2012:
Jezus zei: “Mijn zoon, je leest in Jeremia hoe hij het volk bestraftte voor hun zonden en God straf zou brengen over de Israelieten als zij zich niet zouden bekeren. (Jeremia 26:1-10) Het volk dreigde hem zelfs te doden totdat hij uitlegde dat het God was die hem deze woorden liet spreken. Hij werd later gedood, net zoals vele profeten met vergelijkbare boodschappen. De Israelieten wilden de bestraffende woorden van de profeten niet horen. Israël werd later veroverd en gedwongen in de Babylonische ballingschap voor zeventig jaar. Ook vandaag de dag worden de woorden van Mijn profeten niet gehoord, en Mijn straf zal over Amerika komen omdat het volk zich niet bekeert van zijn zonden. Net zoals het volk de oude profeten doodde, zullen ook de mensen van tegenwoordig je woorden afwijzen, en jij moet je verstoppen uit angst voor je leven. Deze zondige mensen willen hun weg niet veranderen, en ze ergeren zich aan profeten die hen zeggen wat te doen. Als gevolg van deze ergernis en de komende boze verdrukking, zijn Mijn profeten ook in gevaar om hun leven te verliezen door het prediken van wat Ik hen heb gegeven. Ook als Mijn profeten verminkt worden, is het belangrijker om hun missie voort te zetten om zielen op te roepen tot bekering en bekeerling tot geloof in Mij. Verheug je over je missie om zielen te redden.”
Jezus zei: “Mijn volk, er zijn veel profetijen in het Oude Testament die spraken van de belofte op een door God gezonden Messias. Ik vertelde aan het volk dat ik de Messias was aangewezen door Sint-Jan de Doper toen hij mij noemde ‘het Lam Gods’. Toch wilden de mensen me niet accepteren. In plaats daarvan zeiden zij dat ik een godslasteraar was, en zij kruisigden mij op het kruis. Mijn komst naar de aarde was een vervulling van het Oude Testament. Ik kwam niet om de wet te veranderen, maar om hem te vervullen. Ik stierf zodat alle mensheid bevrijd kon worden van hun zonden en ik bracht iedereen in mijn offer salvatie. Ik heb je achtergelaten met Mijn eucharistische geschenk van Mijn Lichaam en Bloed onder de verschijning van brood en wijn. Ik ben altijd bij jullie in Mijn gewijd Hosties in Mijn tabernakel. Ik dank jullie voor het komen naar deze Heilige Uur der Barmhartigheid, en mijn Zegen om Mijn Goddelijke lof te reciteren.”